OUR THOUGHTS

De verschillende BTW-tarieven bij werken in onroerende staat

[thb_image image=”895″]

Vaak bestaat twijfel over welk BTW-tarief toegepast moet worden voor werken in onroerende staat. Om het toe te passen tarief te bepalen moet rekening worden gehouden met zowel de eindklant als het gebruik van het onroerend goed.

Definities

‘Werken in onroerende staat’ omvat het bouwen, verbouwen, afwerken, inrichten, herstellen, onderhouden, reinigen en afbreken van een geheel of ten dele onroerend goed. Ook roerende goederen die meteen bij levering worden vastgehecht aan een onroerend goed worden als een onroerend goed beschouwd.

Facturatie

  • Eindklant = BTW-plichtige

Wanneer gefactureerd wordt aan een belastingplichtige die gehouden is tot het indienen van periodieke aangiften én wanneer de werken in onroerende staat gebeuren in het kader van diens economische activiteit moet een factuur opgesteld worden onder het stelstel van medecontractant (en wordt de BTW verlegd). Ook bij gemengd gebruik (waarbij een deel privé en een deel beroepsmatig gebruik is) moet in dit geval onder het stelsel van medecontractant gefactureerd worden.

  • Eindklant = andere dan BTW-plichtige (particulier / niet BTW-plichtige / …)

Wanneer gefactureerd wordt aan andere dan BTW-plichtige personen moet een factuur opgesteld worden met BTW.

De algemene regel stelt dat werken in onroerende staat onderworpen zijn aan 21% BTW. Sommige handelingen zijn echter onderworpen aan een verlaagd tarief van 6% BTW. Hieronder vallen gebouwen bestemd voor sociale huisvesting, de afbraak en heropbouw van gebouwen in bepaalde stadsgebieden of indien cumulatief aan de volgende 4 voorwaarden voldaan wordt:

  1. De werken in onroerende staat hebben betrekking op het herstellen, onderhouden, renoveren, rehabiliteren, omvormen of verbeteren van een onroerend goed, met uitzondering van het reinigen en vernieuwbouwen van een onroerend goed.
  2. Bij het beëindigen van de werken wordt het onroerend goed uitsluitend of hoofdzakelijk aangewend als privéwoning.
  3. De werken worden geleverd en gefactureerd aan de eindgebruiker van de woning.
  4. Het gebouw moet minimum 10 jaar in gebruik zijn.

Wat bij gemengd gebruik?

Bij een onroerend goed dat gebruikt wordt voor privé- én beroepsdoeleinden wordt vooreerst gekeken naar de verhouding tussen beide. Wanneer het privégedeelte van het onroerend goed meer dan 50% omvat, kan aanspraak worden gemaakt op het verlaagd tarief van 6% indien aan alle bovenstaande voorwaarden voldaan wordt. Wanneer het privégedeelte van het onroerend goed minder dan 50% omvat, kan enkel het privégedeelte aanspraak maken op het verlaagd tarief van 6% indien aan alle bovenstaande voorwaarden voldaan wordt. Als in beide gevallen niet aan alle bovenstaande voorwaarden voldaan wordt, wordt logischerwijs gefactureerd aan 21%.

Als u bijkomende informatie wenst, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen.

Augustus 2019